Biografie

Vader

 

Sergei Ovsiannikov is geboren en getogen in Leningrad, in een voorbeeldige Sovjetfamilie. Net als andere kinderen van de naoorlogse generatie groeit hij op met gevaarlijk “speelgoed”, achtergelaten door de oorlog. Begenadigd met een talent voor exacte wetenschappen kiest Sergei in zijn jeugd voor de studie natuurkunde aan de Universiteit van Leningrad. Zoals alle jonge mannen uit die tijd wordt hij voor militaire dienst opgeroepen. Tijdens zijn dienst in Kaliningrad belandt Sergei al snel in de gevangenis vanwege een ongeoorloofd bezoek aan het graf van zijn favoriete filosoof Immanuel Kant. Een maand lang wordt hij opgesloten in de isoleercel. Daar komt hij oog in oog met de “innerlijke sluipschutter” te staan – de angst. Hij beseft dat angst het machtigste wapen is dat de Sovjetleiders gebruiken om vrije individuen te breken en volgzame burgers te kweken. Sergei beseft dat men ook buiten de stank en benauwdheid van zijn gevangeniscel in het vizier van de “onzichtbare sluipschutter” leeft. Maar zolang de angst regeert blijft de weg naar vrijheid gesloten. En zolang die gesloten is zal de mens zijn hoogste levensdoel nooit kunnen bereiken, namelijk zichzelf vinden. Van deze gedachte wordt hij bevangen door een gevoel van uitzichtloosheid. Maar op het meest kritieke moment ontdekt hij een wereld van vrijheid die buiten de macht van de “innerlijke sluipschutter ” bestaat. Een wereld waar Sovjetleiders geen grip op hebben – het geloof. 

Op zoek naar deze nieuwe wereld gaat Sergei na zijn militaire dienst aan het Geestelijk Seminarium studeren. Toeval of niet, in het seminarium ontmoet hij een vrije geest uit Amsterdam– Aliona Voogd. Zij studeert daar aan de dirigentenopleiding. Op de vleugels van de liefde belandt Sergei in Amsterdam. De ouders van Aliona – slavist en priester Alexei Voogd en Tatiana Fillipovna Stojanova uit Odessa – hebben in de zeventiger jaren in Amsterdam de kleine Russische kerk van de Heilige Nikolaas van Myra opgericht. In de beginjaren bestond die voornamelijk uit Nederlandse slavisten. Maar door opeenvolgende emigratiegolven vanuit de Sovjet Unie wordt deze kerk voor Oost-Europeanen een klein eiland van het verloren moederland. In deze vruchtbare grond begint de jonge Sergei zijn priesterschap. 

Het vrije Westen met haar democratie en individuele vrijheid beloven bevrijding. Maar ook hier blijkt vrijheid niet vanzelfsprekend en houdt de “innerlijke sluipschutter” de wacht. De vrije westerling zwoegt onder de last van maatschappelijke prestatiedruk, valse vrijheden en artificiële ideaalbeelden, verspreid door massamedia. De angst om niet te voldoen belemmert de zoektocht naar jezelf. De “innerlijke sluipschutter” houd hem nog steeds bezig. Hij zoekt antwoorden op existentiële vragen naast de christelijke leer, in psychologie, filosofie en in de kunsten. Later zou deze studie uitmonden in de christelijke antropologie van de mens, zoals hij deze samen met zijn collega en vriend vader Meletios noemt. 

Hij is in alle opzichten anders dan andere priesters. Zijn preken zijn als academische lezingen van filosofen en taalwetenschappers, doorspekt met voorbeelden uit film, theater en beeldende kunsten. Zij dwingen mensen tot nadenken en tegelijkertijd raken ze mensen recht in het hart. Je kan met hem een open discussie voeren. En de deur van zijn huis staat open voor iedereen. In plaats van de dogmatische organisatie van regels, geboden en verboden benadert hij de parochie als een levend organisme, wat niet altijd gewaardeerd wordt door meer orthodox gezinde. 

Onder zijn leiding groeit dit “organisme” uit tot een multinationale gemeenschap. Russen, Georgiërs, Oekraïners, Armenen, Moldaviërs, Kazachen, Bulgaren en Wit-Russen vormen met andere nieuwkomers uit Oost-Europa de grootste groep. De bontgekleurde gemeenschap uit de voormalige Sovjet-Unie leeft vredig samen als een groot gezin. En zij niet alleen. Tussen de Oost-Europeanen vind je ook exotisch ogende Ethiopiërs in witte traditionele gewaden en een grote groep Nederlanders. Nog verrassender is het feit dat bezoekers die niet gelovig zijn, er ook graag komen. Als leidend principe bij het creëren van een hechte familie dient de filosofie van vader Sergei, waarin de mens centraal staat. De mens ziet hij als een icoon. De een is mooi gepolijst, met bladgoud, de ander vervuild, met dof geworden vernis. De rol van de priester, zoals vader Sergei het ziet, is mensen te helpen het gezicht erachter te ontwaren. 

Naast zijn priesterschap ontplooit vader Sergei zich ook op andere gebieden. Hij zet zijn wetenschappelijke ambities voort bij de Bible Society als adviseur voor interpretatie en vertaling van de Bijbelse teksten, schrijft theologische artikelen en spreekt op conferenties met al dan niet religieuze inslag. Daarnaast sticht hij een Russische school voor kinderen en bezoekt gevangenissen om gevangenen te ondersteunen. De “innerlijke sluipschutter” en de complexiteit van de menselijke natuur die niet in zwart wit te vatten valt houden hem nog steeds bezig, .

Zo groeit Sergei Ovsiannikov en met hem groeit de parochie. Van een jonge enthousiaste priester wordt hij een geliefde geadoreerde Vader. Zijn populariteit reikt tot in Rusland. Hij wordt vader van drie eigen kinderen en geestelijk vader van honderden, onder wie ook atheïsten. Zoals een Russische dame tijdens ons gesprek riep – “Ik ben een geboren en getogen atheïst, maar wel met een geestelijk Vader – Sergei Ovsiannikov!”.

In 2015 krijgt vader Sergei te horen dat hij aan een ongeneselijke longziekte lijdt. De artsen verwachten dat hij nog hoogstens twee jaar te leven heeft. Hij denkt zelf dat de boosdoener een schimmel op Venetiaanse manuscripten is die hij bestudeerde. Na zijn doodsvonnis is vader Sergei echter vastberaden en veel van plan. Hij geeft het boek De weg naar de vrijheid uit, waarin hij zijn filosofie uiteenzet. Maar voor al het andere is het te laat. Hij sterft in de Russische kerstnacht van 6 januari 2018. 

Facebook